5 trucs om je brouwdag te verkorten

Een goede brouwdag kan toch al snel 6 uurtjes in beslag nemen. Tijd die je niet altijd hebt, terwijl je misschien wel een biertje wilt brouwen. Daarom heb ik 5 trucs om je brouwdag te verkorten.

Sommige van de trucs die ik hieronder ga geven betekenen wel een tradeof. Zo zal het rendement lager liggen of verplaats je de ‘bespaarde’ tijd naar een ander moment. In principe wordt je brouwdag dan niet echt korter, maar zal het verspreid worden.

1. Schroot de avond ervoor al

Het afwegen van de mouten en het schroten hiervan kan wat tijd in beslag nemen. Door dit de avond van te voren al te doen, bespaar je de tijd op de brouwdag zelf. De tijd kun je gebruiken om bijvoorbeeld lekker te maischen.

Mout heeft overigens de eigenschap water aan te trekken, zorg er dus wel voor dat je de mout opslaat in een luchtdichte emmer. Ook al is het de avond van te voren, we willen natuurlijk niet dat de mout anders gaat smaken.

Om deze reden raad ik het klam schroten ook af, want dat is vocht. Dit heb ik zelf onlangs opgeheven door dubbel te schroten. Dus hopelijk geen echt verlies in rendement geleden.

2. Zet alles van te voren klaar

Als je dan toch de avond van te voren aan het schroten bent, waarom dan niet alles al klaar zetten? Vul de brouwpan alvast met de hoeveelheid water die nodig is. Weeg eventueel de hoppen al af en zet de materialen die je nodig hebt klaar.

Door deze voorbereiding hoef je niet alles op de brouwdag bij elkaar te zoeken en kun je eigenlijk meteen het vuur aanzetten. Dit verkort zeker je brouwdag.

3. Sla het spoelen over

Maisch wat dunner en spoel gewoon het beslag niet. Dit klinkt best heftig en het geeft ook een verlies in rendement, maar je bespaart er zeker ook tijd mee. Als een tijdsbesparing echt gewenst is, dan is het een overweging waard.

Optimaal is een beslagdikte 4 tot 4,5 liter water per kilo mout. Soms betekent dit dat je maar heel weinig spoelwater nodig hebt. Bijvoorbeeld 2 of 3 liter, waarom niet dit spoelwater alvast aan het beslag toevoegen.

Door het niet spoelen komen er minder suikers uit de mout in je bier terecht, maar aan de andere kant bespaar je hiermee ongeveer 30 minuten.

4. Verkort het maischen

Normaal maischen we 60 tot 90 minuten om er zeker van te zijn dat we alle suikers uit de mout hebben gehaald. Door korter te maischen, bijvoorbeeld 45 minuten of misschien zelfs 30 minuten, besparen we echt een aanzienlijke tijd.

Dat klinkt leuk, maar als je normaal de 60 minuten echt nodig hebt, dan haal je nu dus niet echt je rendement. Het lagere SG kun je opvangen door iets meer mout te gebruiken. We gaan in dit geval dus voor de tijdswinst.

5. Ga korter koken

Nog een manier om je brouwdag te verkorten is het korter koken. Doorgaans koken we het wort tussen de 60 en 90 minuten. We gebruiken deze tijd de hop toe te voegen, maar ook om ongewenste stoffen te laten verdampen.

Een voorbeeld van deze stoffen is DMS, dat een groente-achtige smaak aan je bier kan geven. Dit wil je dus echt niet in de bier.

Ik zou eerst eens beginnen met 45 minuten te koken en te zien wat daar het effect van is. Eventueel kun je het later zelfs verkorten naar 30 minuten.

Ten slotte

Mijn brouwdagen nemen doorgaans tussen de 5 en 6 uur in beslag. Afgelopen brouwdag heb ik het afwegen en het schroten de avond vooraf gedaan en dit bespaarde me zo’n 30 minuten. Ook alles vooraf al klaar zetten gaf me een tijdswinst van 20 minuten. Tezamen met het spoelen was mijn brouwdag dus 80 minuten korter.

Wat betreft het maischen en koken ben ik deels geïnspireerd door de mensen van Brülosophy die een shoddy methode hebben beschreven. En onlangs zag ik een Youtube video van the Homebrew Challenge, waar een complete brouwdag is verkort naar 1 uur.

Echter vind ik het verlies in rendement bij het maischen iets te spannend. Maar een kwartier korter koken vind ik wel het proberen waard. Ik denk alleen dat ik het vermogen van mijn brouwketel dan iets hoger zal zetten, om een heftigere kook voor elkaar te krijgen.